Een cadeautje van de zee deze ceviche van Sint Jacobsschelp. Ik heb het vorige week gegeten in een fijn visrestaurant aan de haven in Gozo bij Malta en brengt direct mooie herinneringen terug. Ik was er met mijn jaarclub en we hebben genoten. Van het eten en elkaars gezelschap. Een ceviche van coquilles, of Sint Jacobsschelpen, is niet alleen heel erg lekker, maar ook heel simpel en indrukwekkend om te zien vind je niet? Een perfect voorgerecht als starter voor een geweldig diner.
Hier een recept zoals ik het zelf maak:
Ingrediënten:
- 300 gram coquilles
- 2 limoenen
- 1 citroen
- 2 takjes munt
- 1 rode peper
- stukje verse gember (ca 3 cm)
- 0,5 tl suiker
- halve rode ui, in dunne ringetjes
- olijfolie
Bereiden:
- Pers de limoenen en citroen uit en doe het sap in een kom. Snijd de grote blaadjes van de munt fijn en voeg toe aan het sap. Houd een beetje achter voor garnering.
- Halveer de peper in de lengte en verwijder de zaadlijsten en snij in hele kleine blokjes. Schil en rasp de gember.
- Voeg een eetlepel van de gemberrasp, 2 theelepels van de blokjes rode peper en de suiker toe aan de kom met sap en meng alles goed.
- Snijd de coquilles in flinterdunne plakjes en leg in de marinade. Schep alles goed om, dek de kom af met folie en zet deze een half uur in de koelkast.
- Haal de kom na een half uur weer uit de koelkast, zeef de coquilles, maar vang de marinade op in een kom.
- Verdeel de plakjes coquille over 4 borden, leg er een paar ringetjes rode ui op en besprenkel met wat van de marinade en olijfolie.
- Garneer met de kleine muntblaadjes.
Enjoy!
